Hallo allemaal,
Hieronder zal ik mijn verhaal vertellen over mijn vakantietrip naar Plum Village, een boeddistische gemeenschap in Zuid Frankrijk. Ik kreeg de laatste dagen zin om mijn verhaal op te schrijven, en dat ben ik dus aan het doen. Ik heb er een soort reisverslag van gemaakt en beschrijf hoe ik er kom, hoe het er was, en hoe ik er weg ging. Ik zal het in verschillende delen erop zetten om de lezer wat minder af te schrikken, aangezien het wellicht wel een lang verhaal zou kunnen worden, ik hoop dat jullie ervan kunnen genieten
.
Namaste
Slideshow Video HD ->
Klik Hier-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het pad van Plum VillageDeze zomer vakantie moest het er van komen, echt op vakantie gaan, hoe dan ook. Vorige jaren was het er telkens niet van gekomen. Dan had ik weer hertentamens die gemaakt dienden te worden, of geen mensen waarmee ik samen kon gaan. Maar het grootste probleem was natuurlijk dat ik zelf te onzeker was om een keuze te maken. Dit jaar niet. Dit jaar had ik genoeg van die onzekerheid en koos er voor een vakantie uit te zoeken.
Ik had al enkele maanden van te voren zitten zoeken naar een leuke reis. Na lang zitten dubben stelde ik de beslissing toch weer uit. Het wordt je ook niet makkelijk gemaakt met die overvloed aan keuzes. Maargoed, ik zal en moest op vakantie gaan. Dus enkele weken van te voren ging ik toch weer zoeken. Een activiteitenreis naar Zweden, dat klonkt wel leuk. Maar hoe zal de omgang zijn met al die vreemde mensen, hoe zullen ze reageren op het stotteren. Tevens had ik, en heb ik, last van wat lichamelijke klachtjes, niets ernstigs, maar af en toe wel behoorlijk irritant, en ik zat ermee in m’n maag. Zal ik hierdoor wel kunnen genieten van zo’n vakantie?
Eigenlijk had ik de gehele tijd al een andere optie in mijn gedachten, Plum Village. Precies een jaar geleden had ik met hetzelfde dilemma gezeten, en toen kwam een kennis van mij met Plum Village aanzetten. Plum Village is een boeddistische gemeenschap in Zuid Frankrijk, waar regelmatig retreats worden gehouden, zo ook in de zomerperiode. Vorig jaar durfde ik dit echter nog niet aan, en liet het aan me voorbij gaan.
Sinds ik deze vakantie niet erg goed in mijn vel zat, zag ik meer uit naar een ontspannende vakantie. Dus na een periode van twijfel, besloot ik ineens om het gewoon te doen. Door een moment van helderheid schoof ik alle onzekerheden die erbij kwamen kijken gewoon even aan de kant, en meldde me aan. Ik had nog geen idée hoe ik er zou moeten komen, en ik had nog nooit in mijn eentje zover gereisd, maar ik wist dat ik er voor moest gaan…het diepe in…en tegelijk mijn vertrouwen in het ‘universum’ op de proef stellen, iets wat niet zo makkelijk is voor mij.
Het pad naar Plum VillageZoals zo vaak stel ik dingen veel te lang uit, en nu moest ik opschieten met het vinden van vervoer. Mijn eerste plan was om met de trein te gaan. Ik had inmiddels al een interrail kaart gekocht waarmee ik grotendeels gratis naar en van Frankrijk kon reizen, maar er kwam nog wat anders bij kijken. Ik was lekker onervaren, en had geen rekening gehouden met eventuele reserveringen. Dus toen ik een week van tevoren reservering probeerde te maken (voor de TGV in Frankrijk)…… was dat niet meer mogelijk. Ok…klote. Wat nu? Na wat rond te hebben gemailt om te kijken of er nog meer mensen naar Plum Village reden, kreeg ik uiteindelijk een positief bericht. Ja, iemand ging ook voor dezelfde periode als ik naar Plum Village, maar vertrok al binnen 1 dag (!) omdat ze daarvoor nog bij familie langs ging op een camping in Zuid Frankrijk. Maargoed, ik had weinig keus, en dus werd de afspraak gemaakt.
Opeens moest ik alles snel gaan regelen, morgen zou ik al vertrekken. Ik hou er helemaal niet van om zo plotseling iets te moeten ondernemen, maar waarschijnlijk was het wel goed, zo werd mij geen tijd gegeven om erover te gaan dubben en twijfelen. Dus zo was het dat ik de volgende dag ‘s ochtends om 9 uur klaar stond om te vertrekken, op avontuur...
Ik reed samen met een oudere vrouw van rond de 60, al heb ik het nooit gevraagd. Het eerste probleem bood zich al meteen aan toen mijn lengte in conflict kwam met de grootte van haar Renault Twingo. Gelukkig was ze net zo flexibel als mij als het aankomt op omgaan met dit soort situaties, en na de auto opnieuw te hebben ingedeeld kon ik alsnog mee. Ik zou beginnen met rijden, om op bekend terrein te wennen aan de auto, wat nog niet meeviel sinds ik geen benzine gewend ben.
We zouden in twee dagen naar onze bestemming rijden. Wat makkelijk te redden viel. Ik vind autorijden wel leuk, en dat bleek merkbaar door de snelheden die ik regelmatig haalde. Tja, als je bergaf gaat ga je nou eenmaal vanzelf 150 niet? Na het uiterste te hebben gevraagd van onze kleine Twingo kwamen we die dag aan op een camping in de omgeving van Orleans. We kregen een plaatsje toegewezen en we zette onze tenten op aan een klein riviertje die door het gebied stroomde. Terwijl het wat later werd, werd er een maaltijd geimproviseerd met wat spulletjes die ze had meegenomen, en sloten we de eerste dag af terwijl wat bijpraatte over onszelf.
De tussenstopDe volgende dag pakte we in alle rust onze spullen weer in, en vertrokken naar onze eindbestemming voor de komende 4 dagen. Sinds we de vorige dag al een behoorlijk stuk hadden afgelegd, hoefden we vandaag geen grote afstanden meer te overbruggen. Rond drie uur kwamen we aan op de camping, welke nogal in schril contrast stond met Plum Village zo zou ik later kunnen ontdekken. Waar ik dacht dat camperen ging om voor even terug te keren naar een iets wat primitievere omgeving en manier van leven, leek dat hier niet echt het geval te zijn. Maargoed, een beetje luxe is opzich ook weer niet zo’n probleem.
Na even te hebben gezocht, vonden we uiteindelijk het tentenkamp met bijbehorende familie. Ondertussen was ik al een beetje nerveus geworden. Nieuwe mensen ontmoet is nogsteeds iets moeilijks voor mij, en wetende dat er twee meiden van 18 en 16 aanwezig waren (zelf ben ik 22) maakte het toch wel spannend. Dat dit helemaal niet nodig was merkte ik al snel na de eerste ontmoeting. Soms sta ik verbaasd van mezelf. Na jaren bang te zijn geweest voor sociale omgang met mensen, is het een patroon geworden. Ik wordt sowizo nerveus, ookal blijkt dit in 99% van de gevallen achteraf helemaal niet nodig te zijn geweest. Ik merkte hoe ontspannen ik was, en hoe ontspannen ik met iedereen communiceerde, ondanks het stotteren. Ik voel me meestal snel op gemak bij mensen, en ik denk dat dit andere mensen helpt op zich op hun beurt comfortabel te voelen in mijn gezelschap. We konden makkelijk samen praten, samen lachen en samen spelletjes spelen, ookal kenden we elkaar pas 2 dagen. Deze paar dagen waren opzich al een hele ervaring voor mij, en hielp mijn zelfvertrouwen weer naar hoger niveau te brengen.
Arrival DayDe 4 dagen waren omgevlogen en na het uitwisselen van email adressen, gingen we weer op pad. Het was maar 3 uur rijden en zo kwamen we tegen de avond aan in Plum Village. Terwijl we langzaam de lange onverharde oprijlaan afreden passeerden we een monnik gekleedt in een lang bruin gewaad en typische strooie hoed, die in alle rust het pad afliep. Even bekroop me een onaangenaam gevoel. Waar kom in terecht? Is dit wel iets voor mij? Maar nu ik deze nieuwe wereld was binnengekomen was er natuurlijk geen weg meer terug. Daar was ik dan.
Het was even zoeken waar ik moest zijn, en ik werd nog meer in verwarring gebracht door drie bordjes waar registration office op stond geschreven, die elk een andere kant opwezen. Ik was overduidelijk niet meer in het geregelde Nederland, wat ik opzich een hele verademing vond. Na toch maar een gok te hebben gewaagd en maar een kamer ben binnen gestapt, kwam ik toch goed terecht en kon ik me registreren. Een aardige jonge monnik, van ongeveer mijn leeftijd heette mij welkom en vertelde me de nodige informatie. Ik was toch nog behoorlijk moe, en niet alles drong meteen tot me door. En zoals het altijd gaat wanneer ik moe ben, struikel ik over elk woord, maar met moeite stelde ik de vragen die er in mij opborrelde en ging ik weer naar buiten. Daar moest ik me laten indelen in een familie, met wie ik de week zou doorbrengen. Nogsteeds ging de helft langs mij heen, en ik liet mij maar een beetje meegaan met de stroom.
Een Indisch uitziende vrouw bracht me naar de plek waar ik mijn tent kon opzetten, wat toch wel een behoorlijk eindje lopen bleek te zijn vanaf de plek waar alles gebeurde. Toen ik langzaam het bospadje afliep richting mijn campeerplaats drong het een beetje tot mij door dat ik nu echt ‘op mezelf’ was. Er waren natuurlijk zat andere mensen, maar ik had geen bekenden om snel op terug te vallen. En het voelde eigenlijk wel lekker. Tot dan toe had ik zoiets nog niet vaak meegemaakt, altijd was ik samen met een bekende, een vriend of familie. Het alleen zijn bracht een gevoel van onafhankelijkheid met zich mee. Ik hoefde met niemand te overleggen, en kon grotendeels mijn eigen gang gaan.
Ik zette mijn tent op onder - wat leek een plantage- van sparren. Hier stond ik toch een beetje uit de zon, die behoorlijk scheen de week dat ik er doorbracht. Gelukkig koelde het ‘s avonds lekker af, en kon ik redelijk koel slapen. Overdag was het in de tent niet houdbaar, maar gezien de grootte van de tent, was er overdag ook weinig te zoeken. Nadat ik alles had opgezet, ging ik nog even rusten totdat het avondeten om 6 uur werd geserveerd. Ik moet zeggen dat ik wel enige voldoening voelde toen ik eenmaal voor de eerste keer in m’n tent lag, ik was hier toch maar gekomen.
Het eten werd geserveerd in de eethal,waar men rustig in rijen stond te wachten totdat de bel werd geluiden. Een geluid dat ik die week nog vaak zou horen. Het eten zag er heerlijk uit, en ik nam van alles wat. Ik had gehoord dat je het avondeten gewoonlijk met je familie doorbrengt, maar ik was vergeten bij welke familie ik was ingedeeld en dus waar we zouden eten. Bij de registratie tafel zette ik mijn bord met eten neer en vroeg een monnik of hij mij misschien zou kunnen zeggen bij welke familie ik zat, en waar we ons dienden te verzamelen. In gebrekkig engels, met veel wijzen en een vriendelijke lach wees hij waar ik moest zijn en dat ik in de Guava familie zat (elke familie had de naam van een fruit). Ik ging zitten op een bankje in een door hoge bamboe stokken omsloten buitenruimte, en wachtte totdat iedereen was gearriveerd. Als laatste kwamen er enkele monnikken bij ons zitten, onder wie onze begeleider van wie ik helaas de naam niet meer kan herinneren. Deze monnik met een erg opvallend gezicht en net zo opvallend humoristisch karakter heette ons welkom en legde uit dat de groep bij elk avondmaal zich hier zou verzamelen en samen zouden eten. Het eten voltrok zich de eerste twintig minuten in ‘nobele silence’, wat voor mij zeker geen probleem was. Ik heb stilte, waarschijnlijk aangeleerd door het stotteren, altijd heerlijk gevonden. Nadat ik een complete ontgiftigings kuur had gehad door het eten van een net iets wat te scherpe groentesoep waardoor alles ging lopen, werd de stilte doorbroken en werd het tijd om jezelf voor te stellen. God, gaan we weer dacht ik. Ik heb het nooit op zulke voorstel rondes, om de reden die wel duidelijk zal zijn. En zoals altijd het geval blijkt te zijn begon de ronde het verst van mij vandaan, zodat ik lekker de tijd had om zenuwachtig te worden (waarom ga ik gewoon niet altijd in het midden zitten bedenk ik me net?). Maar na jaren van ervaring heb ik mezelf aangeleerd om het gevoel van angst niet in direct verband te brengen met het gaan stotteren, en het bleek te werken. Bijna geheel vloeiend sprak ik mijn naam uit, waar ik vandaan kwam en hoe lang ik hier zou blijven. De groep werd ook gevraagt om te zeggen welk fruit volgens jou het beste bij je past, maar die vraag was even teveel voor mijn vermoeide brein. En zo was dat ook weer gebeurt. Ik was gelukkig niet de enige Nederlander, en met z’n vieren zaten we in een groep bestaande uit mensen uit Frankrijk, Ierland, Engeland, Duitsland, Polen, Zwitserland en Spanje.
Ik voelde me daarna lekker opgelucht. Het voelde goed daar. Ik werd altijd nerveus van groepen, maar gelukkig was dit geen plaats waar men elkaar snel leek te beoordelen. Niet het type dat zich meteen in de groep gooit en gaat socializen trok ik me even terug in m’n tent tot het om 8 uur die avond tijd was me naar de meditatiehal te begeven voor een orientatie. Nadat ik mijn schoenen had uitgedaan en wat rond had gekeken, herkende ik de Nederlanders die in de groep zaten en ging naast hen zitten op een van de bruine meditatie kussentjes. Toch degene die als eerste het contact legde maakte ik kennis met de twee jongens waarmee ik de rest van de week mee zou opschieten.
To be continued...