Nico,
Over het geheel gezien vind ik jouw schrijfsels eerlijk gezegd niet voldoende ‘to the point’. Een deel van je laatste post is eigenlijk een herhaling van het voorgaande, terwijl ik in mijn posts hier en daar cruciale punten aanstip waar je geheel aan voorbij lijkt te lopen. Dit, terwijl ik naar ik meen wel zo secuur mogelijk op je theorie inga en het niet hou op algemene aannames. Mocht je dat niet met me eens zijn, geef dat dan gerust aan; dan kunnen we nog het e.e.a. ophelderen indien nodig. Toch even een illustratie van me: het duurde verscheidene reacties voordat je het begrip ‘Ego’ en ‘dat-wat-we-werkelijk-zijn’ als zodanig onder de loep nam.
Op deze manier is het geen (efficiënt) deductief onderzoek en zullen we minder snel tot een conclusie komen.
We kunnen het wel eindeloos hebben over het Ego, dat dingen goed zijn zoals ze zijn, dat we niet werkelijk zijn wie we zijn, dat oordeelloosheid mogelijk is enzovoort, maar dan zullen we toch concreet bepaalde premissen moeten bekijken, iets waar ik steeds op aanstuur. Dit komt later in deze post naar voren.
Punten die ik zoal gemaakt heb, en die weer terugkomen, zijn bijvoorbeeld:
1: Wie is ‘we’ als er niet ‘die ander’ is? Wat is een ‘illusie’ als er niet ‘waarheid’ bestaat? Wie stelt dat kennis van de werkelijkheid gekregen kan worden, aangezien we allemaal waarnemen vanuit onszelf?
2: Om praktisch te beginnen: wat is het nut van acceptatie van gebreken? En aangaande het voorafgaande wat ik schreef: wat is het nut van een ego-loze positie? Het nastreven van iets houdt de soort in stand.
3: Ik stel, evenals diverse filosofen en sociologen, dat het bewustzijn afhankelijk is van werkelijkheid. Daarmee kunnen we niet zonder lichamen en belichamingen, noch zonder tijd en ruimte.
4: Omdat jij stelt dat we ons, dankzij het Ego, bevinden in de onwerkelijkheid, impliceer je zelf al dat ‘de’ werkelijkheid al bezien wordt vanuit die onwerkelijkheid. Standplaatsgebonden dus, en blijkbaar voortgekomen vanuit het behoefte van het Ego naar non-existentie.
5: Als dat-wat-we-werkelijk-zijn de natuurlijke staat van ons bestaan is of behoort te zijn, dan wil dat dus zoveel zeggen dat we passief, futiel en substantialistisch zijn.
6: Wie ervaart bevrijding of verlichting als er geen dualiteit is, geen beoordeling en ook geen ego meer dat verlangt naar vervulling van behoeftes (aan bevrijding en verlichting)?
Citeer:
Het Ego zoals ik dat omschrijf en wat ik eronder versta:.
Ego stamt uit het Latijn en betekent letterlijk: ik (1). Voor het Ego zijn verschillende omschrijvingen te vinden. Zo is het Ego bijvoorbeeld een beschrijving van een onjuiste waarneming van wie je bent; het onware zelf. Het betreft een illusoir identiteitsbesef, een foutieve en soms opgeblazen identificatie met een zelfbeeld, zelfdefinitie, zelfwaan of zelfgevoel (2).
Het is symbolisch gezien een masker waarmee men verschijnt aan de buitenwereld en waar mensen veelal een bepaalde mate van belangrijkheid aan ontlenen (5). Het Ego is een onvrij responsapparaat dat werkt op basis van zoeken naar aangenaam (geluk/plezier) en het vermijden van onaangenaam (pijn). Het is altijd uit op profijt (3). Ego is dat deel van de mens dat anderen nodig heeft om zichzelf te voorzien van eigenwaarde. Het Ego, oftewel het afgescheidenheidsbewustzijn, is een tijdelijke realiteit, een verschijnsel: een illusie! (4) Het Ego is de som van alle ingebeelde zelfdefinities die een mens zich eigen heeft gemaakt, al dan niet aangepraat.
1: Dat klopt inderdaad.
2: Graag zou ik willen weten waar je deze beschrijving uit haalt. Is deze van psychologische aard, filosofische, spiritualistische? Komt het voort uit de gedachtegang van Eckhart Tolle?
3: Ik vind dat je hier het één en ander met elkaar verward, zoals ik hier,
viewtopic.php?f=14&t=11437&p=150153&hilit=ich+es#p150153, ook al aan probeerde te geven.
Het streven naar het aangename en het vermijden van het onaangename is namelijk een universeel principe. Je komt het overal in de natuur tegen. Daarmee is het dus een instinctief patroon. Zonder dit patroon zouden organismen zichzelf simpelweg niet kunnen handhaven. Dit Es (‘het’; volgens de psychoanalyse) is in dit geval de verzameling van dergelijke onderbewuste driften: de Eros en Thanatos. Dit is wezenlijk anders dan het Ego.
Dat je deze twee concepten verward, blijkt ook uit het feit dat je het op andere plaatsen in geciteerde alinea’s hebt over het Ego in relatie tot identiteitsbesef e.d. Identiteit behoort immers tot het menselijke geestelijke leven.
4: Dat kunnen we met elkaar eens zijn. Zie 5. Voorts kun je je afvragen wat in het menselijk bestaan uiteindelijk geen illusie is.
5: Een leuke toevoeging is dat het woord persoon in het Etruskisch ‘masker’ betekende. Persona verwees dan ook naar een toneelspeler. In latere tijden werd een persoon ruim opgevat als een individu op het wereldlijke ‘toneel’.
Citeer:
Er zijn verschillende soorten Ego’s. Voor elk type Ego bestaan er positieve maar ook negatieve varianten, waarmee mensen zich in verschillende zelfdefinities kenbaar maken aan de omgeving. De ik ben-Ego is hierin de meest prominente van alle Ego’s. Bijvoorbeeld de ik ben belangrijk en interessant-Ego, ik ben een loser-Ego, ik ben manager-Ego, ik ben Geert-Wilders-Ego, ik ben helderziend-Ego, ik ben dik-Ego, ik ben aantrekkelijk-Ego, ik ben onzeker-Ego, ik ben intelligent-Ego en ik ben moslim-Ego.
Daarnaast drukt het Ego zich uit via het ik heb-Ego zoals: ik heb een geweldige en goed betaalde baan-Ego, ik heb een vrijstaand huis-Ego, ik heb een lekker lijf-Ego, ik heb een Saab-Ego, ik heb Borderline-Ego, ik heb veel vrienden-Ego, ik heb veel geld-Ego, ik heb mediamieke gaven-Ego.
Niet zelden schept het Ego eveneens graag op met het ik kan-Ego of ik weet-Ego: ik kan goed koken-Ego, ik kan aura’s zien-Ego, ik kan niks-Ego, ik kan goed klussen-Ego, ik kan goed dansen-Ego, ik weet veel-Ego, ik weet alles van films-Ego.
De ik wil-Ego is een ontevreden en onrustige Ego: ik wil geld-Ego, ik wil seks-Ego, ik wil nu wel eens een vriendin-Ego, ik wil drugs-Ego, ik wil gelukkig zijn-Ego.
Ook hier ben ik benieuwd voor de achtergrond van deze gedachtegang.
Daarnaast durf ik te stellen (wat je wellicht niet met me eens zult zijn) dat het één en ander niet sluitend is. Datgene wat je bent is namelijk niet één ding, en een zelfdefinitie bestaat niet uit één aspect. Wat ons een persoon maakt, is het karakter, en het karakter bestaat uit verschillende aspecten.
Daaruit volgt dat het Ego niet allemaal verschillende aspecten is; het Ego bestáát uit allemaal verschillende aspecten.Citeer:
Niet zelden maken bovengenoemde individuele Ego’s (1) deel uit van een ander soort Ego: dat van collectief Ego: een gezamenlijk gedeeld groepsEgo waarachter individuele Ego’s zich soms schuilen om zich goed (of nog beter) te voelen (2). Het kan in dat geval onder andere gaan om het collectieve Ego van een beroepsgroep, een religieuze instantie, een elitegroep, een bepaalde bevolkingsgroep, een straatbende, een politieke partij of een eredivisie voetbalclub, waarin de zelfde aspecten en kenmerken als het individuele Ego herkenbaar zullen zijn (3).
1: Een individueel Ego is dus hoogst paradoxaal. Individu: in = ‘niet’, dividus = ‘deelbaar’ (vergelijk het Engelse to divide). Het individu als afzonderlijke eenheid, dus de persoon, heeft een ego. Dat is er een onderdeel van.
2: Het Ego, zoals eerder genoemd, is denk ik niet per definitie het deel dat streeft naar profijt e.d. ‘Ik’ heb immers ook negatieve eigenschappen, d.w.z. eigenschappen waar mijn milieu niet echt blij van wordt.
3: Je doelt op een groepsidentiteit, veronderstel ik. In zekere zin zou je dit op kunnen vatten als een groepsego, maar het wordt wat ingewikkeld als je bedenkt dat groepsgedrag onderbewust aangestuurd wordt. Daarmee komen dus weer de Es-aspecten met zijn driften en instincten om de hoek kijken. Dat zou dan tot de conclusie leiden dat een groepsidentiteit deels bewust en deels onderbewust is, wat kan kloppen.
Citeer:
Het Ego is samengesteld uit twee aspecten namelijk: structuur en inhoud. De structuur van het Ego wordt bepaald door onder andere gedachtenvormen en woorden als: “ik”, “mij”, “mijn”, “ik ben”, “ik heb”, “ik moet”, “ik kan”, “ik wil MEER…” en “niet genoeg”. Voor het collectieve Ego gaat het uiteraard om gedachtenvormen als: “wij”, “ons/onze”, “wij zijn” etcetera. De structuur vormt hiermee een basis wat vervolgens opgevuld en aangekleed wordt door een inhoud. De inhoud van het Ego is (heel) persoonlijk (1) en inwisselbaar. Bij de één wordt de inhoud bepaald door iemands status en baan waarvoor mensen respect moeten hebben: “ik ben psycholoog”, “ik ben advocaat” (2).
1: Is dat zo? Hoe persoonlijk kan het zijn als het weinig meer is dan het kopiëren van anderen en het identificeren met objecten?
2: Hier verwar je m.i. het Ego met identiteit. Voor een identiteit, dus om een individu te kunnen zijn, is een ego nodig.
Citeer:
Voor een ander wordt de inhoud van het Ego ingevuld door bezittingen, merkkleding, de vrijstaande koopwoning of een dure auto: “Kijk eens wat ik heb!” Andere voorbeelden van inhoudsvormen kunnen zijn: de godsdienst, het eigen lichaam, opgedane kennis/wijsheid, eigen visie en meningen, voorkeuren, eigenlijk alles wat mij en/of mijn betreft.
Je vat het Ego hier op als het gevoel van eigenwaarde, dus tevredenheid met zichzelf hebben. Dat is aannemelijk, maar tevens is het wat verwarrend, omdat uit je schrijfsels blijkt dat je ‘Ego’ (al dan niet zo bedoeld) gebruikt in allerlei verbanden en interpretaties.
Citeer:
Hoofdkenmerk van het Ego is zonder meer de identificatie met en de gehechtheid aan een bepaalde vorm of inhoud. Identificatie komt van het werkwoord identificeren en is een samenvoeging van twee Latijnse woorden, idem en facere, wat respectievelijk hetzelfde en maken betekent.
Inderdaad.
Citeer:
Het Ego is vaak bezig zichzelf te vergelijken met de ander en dan tot allerlei oordelen, kritiek en verwijten te komen. In dit opzicht is het Ego gericht op afgescheidenheid en gefocust op verschillen tussen zijn eigen Ego en het Ego van de ander. Het Ego is tevens gewend om te denken in dualiteiten; in termen van goed-slecht, betrouwbaar-onbetrouwbaar, mooi-lelijk, ik-jij, enzovoorts.
Het Ego heeft doorgaans een negatieve inslag, vaak achterdochtig en vat hierdoor veel zaken persoonlijk op. Bij vermeende of ervaren dreiging/aanval op het Ego gaat het Ego zich verzetten en verweren, omdat het gericht is op zelfbehoud, overleving en het liefst op versterking van het Ego. Het zal daarom niet zelden de strijd aangaan, soms letterlijk in de vorm van een gevecht waarin verder negativisme tot uiting kan komen: met schelden, slaan en ander zinloos geweld, omdat het Ego op zo’n moment angstig, boos, wraakzuchtig, gekrenkt of gefrustreerd is. Het Ego is immers snel uit balans en verliest makkelijk de controle over zijn emoties. Het Ego wil namelijk (kost wat kost) gelijk hebben, maar het Ego weet niet dat dit verzet feitelijk nog meer Ego met zich meebrengt, wat het allemaal alleen nog maar erger maakt. Het Ego mag dan slim lijken, maar intelligent is het niet! Slimheid streeft kleine korte termijn doelen na. Intelligentie overziet het langere termijn geheel, waarin alles met elkaar verbonden is. Het Ego niet: het Ego verwart meningen met feiten en klaagt wat af, omdat het bijna nooit tevreden is. Het Ego is gefocust op alles in de hand willen hebben, op controle over zichzelf en de ander alsook het in standhouden van zijn eigen Ego. Het Ego is vooral veel aan het denken; vooruitdenken aan de toekomst en het analyseren van het verleden, waardoor het Ego niet alleen moeite heeft met het huidige moment, maar daar ook vaak aan voorbij gaat.
En dat heeft te maken met weerstand van het Ego tegen de ervaring van het huidige moment en met het niet accepteren daarvan. Niet accepteren gaat gepaard met verzet; Ego aan het werk. Het heeft “nauwelijks of geen besef van tegenwoordigheid van de kracht van het nu” en het leven in het huidige moment. Het Nu is vaak te moeilijk voor het Ego, want dan wordt het Ego gedwongen zich over te geven aan een staat van zijn en ervaren. Het Ego verkeert soms liever in een staat van denken en illusies.
Je kunt je afvragen in hoeverre dit alles niet ook een beoordeling over het idee Ego is vanuit jouw perspectief, jouw behoeftes, jouw ervaringen en dingen die jij geleerd en gelezen hebt.
Citeer:
Het wordt natuurlijk al véél lastiger om te gaan beschrijven wat het ware zelf is. Wie of wat is datgene wat je in werkelijkheid bent? Ik hoef jou niet uit te leggen dat dit buitengewoon moeilijk te definiëren is. Hoe is immers het “ware zelf” te definiëren? Er is namelijk geen zelf, maar toch wordt er over een “ik’ gesproken en dat maakt het erg complex en verwarrend.
Inderdaad, maar het is wel handig om dergelijke begrippen nader te bepalen, net zoals het Ego. Vooral wanneer ze overal op het forum terugkomen. Daarom probeer ik ook steeds zo to the point mogelijk te zijn.
Citeer:
Het komt er in de praktijk op neer (behalve inzien dat hetgeen we in werkelijkheid zijn niet het lichaam is noch het ego is) om zichtbaar te krijgen wat we dan in werkelijkheid wel zijn. En juist dát is zo dichtbij dat het ego het moeilijk kan begrijpen. Er valt nauwelijks/niets over te zeggen; geen gedachte, gevoel of emotie kan er iets over zeggen. Het moet eigenlijk ervaren worden (1). Net wat je zelf al schrijft; het bewustzijn moet van zichzelf bewust worden (2). Het is eigenlijk praten over de smaak van een tomaat. Leg dat eens uit aan iemand die nog nooit eerder een tomaat gegeten heeft (3).
Of hoe legt een vlinder aan een rups uit hoe het is om een vlinder te zijn? Hoe is het dan voor die rups te begrijpen hoe dat is wanneer die vlinder dat uitlegt om vlinder te zijn? Woorden kunnen we eigenlijk niet gebruiken en zijn vaak ontoereikend. De meeste omschrijvingen die er zijn, zijn slechts woorden die geen van allen de lading helemaal dekken. Ik doe hierbij een poging. Wat dan nog het meest in de richting komt voor datgene wat men werkelijk is, is: “Bewustzijn”, “het Waarnemen”, het “Kennen”, de “Stille Getuige”, het “Kennend vermogen” etc. Wellicht heb jij nog aanvullingen (4).
1: Wie ervaart?
2: Dit is dus precies wat ik onlangs schreef in het topic ‘bestaat deze wereld wel als ik mijn ogen sluit?’ van DT:
viewtopic.php?f=5&t=11511&hilit=ich+es&start=15. Daar gaf je echter aan dat je het op cruciale punten niet met me eens bent.
Zelfbewustzijn is zich bewust dat hijzelf bewust is. Daarmee onderkent het dus zijn eigen subject, en zijn eigen subject wordt dan object. Snap je nu wat ik bedoel?
3: Volgens mij is dit een valkuil. Immers, hoe weet jij dat wij niet werkelijk zijn wie we zijn, en hoe weet jij iets over dat-wat-we-werkelijk-zijn als je het zelf niet bent?
4: Ik heb zeker wel een aanvulling, maar dat is een herhaling van wat ik al in eerdere posts alhier geschreven heb. Bewustzijn IS differentiatie, dus onderscheid maken. Onderscheid IS dualiteit. Voor kennen is waarnemen nodig, en waarnemen IS subjectief. Subjectiviteit en perceptie impliceren OORDELEN en INTERPRETATIES. Kennen IS een behoefte. Jij hebt in vorige posts geschreven dat datgene wat we werkelijk zijn niets nastreeft. Dan heeft het ook niets aan kennis. Dan hoeft het ook niet te leven. Dan hoeft het ook niet waar te nemen. Enzovoort.
Citeer:
Vanuit het kennen dat we zijn wordt het gekende gekend.
Voor hetgeen we in werkelijkheid zijn; is niet afhankelijk van perceptie/waarnemen of afhankelijk van bewustzijn, omdat dat het waarnemen/bewustzijn/kennen zelf is.
Ook hier klink je weer paradoxaal. Je sluit hier wel aan op wat je eerder in dit topic aanhaalde, maar in zojuist door mij aangehaalde topic
viewtopic.php?f=5&t=11511&start=15 ben je het ineens
wel met me eens dat bewustzijn afhankelijk is van werkelijkheid.
De ‘werkelijkheid’, dus de existentie buiten ons dat we waarnemen, IS noodzakelijk om te kennen. Zonder indrukken, kortom: zonder objecten, is er geen subject en is er geen waarnemen. Dan is er dus ook geen kennis, en dus ook geen zelfbewustzijn.Tegelijkertijd ben je het in dat topic echter ook met me eens dat dé werkelijkheid en de aard der dingen niet écht gekend kan worden.
Dat impliceert al ten volle subjectiviteit en standplaatsgebondenheid. Dan kom je tot deze conclusie:
Als we de aard der dingen niet kunnen kennen, dan kunnen we ook onze eigen aard nooit volledig kennen.
Citeer:
Dat wat je in werkelijkheid bent, is waarnemen/bewustzijn en daarin kan het best zonder lichaam/belichaming; daar is het niet van afhankelijk. Het bewustzijn/waarnemen/kennen is niet iets van ons lichaam, want dan zou het kennen bij het slapen gaan met het lichaam - inclusief de hele waaktoestand - moeten verdwijnen (1). En dat gebeurt niet. Het bewustzijn kan best zonder lichaam functioneren. Dat is ook te lezen uit de vele verhalen rond BDE (2) en uittredingen (3). Hieruit is al eerder geconcludeerd, dat zintuiglijke waarneming en bewustzijn geen functies van de hersenen zijn (4). Daarmee ben ik het met je eens wanneer je zegt dat er geen wij of mens kan zijn zonder bewustzijn (5). Als ik het bewustzijn uit Vyumae weghaal dan kan Vyumae niet meer voortbestaan. Immers Vyumae is wat je hebt, niet wat je ten diepste bent (6).
1: Dat is niet zo. Er is namelijk nog zoiets als het geheugen.
2: Wat is een BDE?
3: Toch wel. De meeste mensen die het over dergelijke ervaringen hebben, erkennen ook het gebruik van woorden, van kleuren, van vormen etc. Dat zijn allemaal fysieke en fysische voorwaarden. Je hebt een oog dat het kleurenspectrum waarneemt, en daardoor weet je diep in je brein wat kleur is. Je gaf zelf daarnet al aan dat je niet uit kunt leggen hoe een tomaat smaakt als je het nog nooit geproefd hebt. Nu dan, je weet ook niet wat rood is als je nog nooit rood gezien hebt. Leg jij een blinde maar eens uit wat kleur is. Dat weet ie niet.
4: De zintuiglijke waarnemingen zijn ook geen hersenfuncties, maar de hersenen registreren en interpreteren ze wel.
5:
Een mens is een onderkenning van zijn biologische identiteit. Tevens impliceert dat ‘wij’ alweer de object-subject-relatie, en dus dualiteit. Deze twee punten stroken m.i. niet met wat je eerder allemaal schreef.
6: Dat klopt. ‘Vyu(mae)’ is een ego-aspect van mijn Zijn.
Citeer:
Hetgeen we in werkelijkheid zijn kan niet als iets objectiefs worden gezien, omdat we daar geen speciaal zintuig voor hebben. Daarom is het kennen zo moeilijk voor te stellen. (1) Zeker ook omdat het ego zo nadrukkelijk op de voorgrond staat (zoveel doet en denkt en moeite heeft met zijn) en het ego zoveel te vertellen heeft en steeds overal maar dualiteiten in aan wil brengen. Toch is het bewustzijn/kennen er altijd; het staat altijd “aan”. Het is het bewustzijn en dat zijn we ieder moment nu. We zijn dan ook niet het gekende maar kennen moeiteloos het verschijnen en verdwijnen van het gekende.
En dat gekende kan van alles zijn: je lichaam, je ego, je gedachte, je emotie, de ander etc.
1: Hoe kun je dan stellen dat het zo is?
Citeer:
Hetgeen je werkelijk bent is egoloos inderdaad (1). Het ego verschijnt en verdwijnt in hetgeen je bent. Hetgeen je in werkelijkheid bent, gaat niet zo zeer een interactie aan met de werkelijkheid, maar de werkelijkheid verschijnt daarin en wordt zodoende gekend als zijnde het gekende. Vanuit het ego moet er altijd gehandeld worden, maar vanuit hetgeen je werkelijk bent, is er handelen; ook dat handelen wordt moeiteloos gekend.
En dat handelen gebeurt van zelf, dat zie je inderdaad bij dieren ook inderdaad. De egoloosheid voor ons zelfbewustzijn impliceert eigenlijk niets voor het bewustzijn (2). Het wordt door het bewustzijn gewoon als egoloosheid waargenomen. Als er dan geen ego meer is, geen dualiteiten of verlangen is dan is er inderdaad geen “wie” meer die de bevrijding of verlichting kan ervaren; dan is er slechts “geen-zelf”, slechts hetgeen je in werkelijkheid bent: slechts het kennen/waarnemen/bewustzijn (daarván). Maar dat is veelal ook de paradox van de verlichting: dat het ik zich ontdoet van de illusie van het Ego en toch als “ik” blijft voortbestaan.
1: Ik verwijs even naar mijn tweede punt in mijn puntenlijst aan het begin van deze post. Dat tweede punt verwijst weer naar eerdere posts van me in dit topic.
2: Voor zelfbewustzijn is bewustzijn nodig. Zelfbewustzijn veronderstelt het eigen subject. Daarmee is dan meteen een wereld vol objecten erkend.
Citeer:
Het non-dualistisch zijn van de werkelijkheid wordt het meest duidelijk aan de hand van het voorbeeld van de “dag en de nacht”. Vanuit het denken in dualiteiten bestaan de dag en de nacht. Maar dit zijn slechts woorden die mensen bedacht hebben om een scheiding/dualiteit aan te brengen die er eigenlijk niet is. Immers de dag en de nacht verhouden zich precies het zelfde zoals de yin en de yang die jij ook al aanhaalt. De dag en de nacht kunnen weliswaar onder-scheiden worden maar niet ge-scheiden worden. De dag houdt meteen de nacht in en de nacht sluit meteen de dag in.
Inderdaad. Dualisme wil zeggen dat het ene voorwaardelijk is aan het andere. Het ene kán niet zonder het andere. Dat is wat ik steeds aangeef.
Citeer:
Beide aspecten zijn in EENHEID met elkaar verbonden. Het één gaat geleidelijk over in het ander en de ander weer in het één. Immers wanneer wij 25 uur buiten gaan staan, zal je mij op geen enkel moment EXACT kunnen aanwijzen waar de dag in de nacht overgaat of de nacht overgaat in de dag! Het gebeurt zoals het gebeurt; het IS zoals het IS. De werkelijkheid is dus niet duaal, maar non-dualistisch (1). En dit geldt eigenlijk voor alle dualiteiten: het ene houdt meteen het andere in en het andere houdt meteen het één in. Kijk maar naar het yin-yang symbool zelfs in het witte deel zit een zwart stipje zoals ook in het zwarte deel het witte stipje zit.
1: Dus werkelijkheid impliceert geen onwerkelijkheid?